Ter inleiding

Turend naar de Toekomst

Foto: Nichon Glerum

 Ik durf het bijna niet uit m’n toetsenbordje te typen, maar morgen ligt het festival in ons verleden. Mijn lichaam huilt een beetje. Snel neem ik nog een sprong in de allerlaatsten: de laatste duik in het meertje, de laatste nieuwe gedachte bij een absurde voorstelling en de bewaarde laatste dans op de Deining. Vele van de vlugge ontmoetingen en wijze lessen zullen vervliegen in de vergetelheid. De toekomst ebt en vloedt over onze herinneringen heen, totdat het eiland plots ver in ons verleden is gezonken.

 

Veel kun je er niet aan doen, het is ook gewoon hoe het gaat met tijd en zijn. Voor momenten in nood zijn er mogelijkheden om het gevoel nog even fors te omhelzen. Onze tip? Sla de belangrijkste ervaringen op in een mentaal Oerolkoffertje, ready om weer geopend te worden als je behoefte hebt aan een warme zonnestraal op een eenzame winternacht. Schrijf ze op, print ze in je achterhoofd. Drink soms een jutter, want schijnbaar kan dat dus ook gewoon aan wal.

 

De laatste dagkrant gaat over de toekomst. Zo denken we na over de toekomst van de aarde, vragen we Wende Snijders naar haar Oerol over twintig jaar, blikken we met artistiek leider Sabine Pater terug op onze zonnige dagen en geven we je een tiplijst met hoe je jezelf van onverstandige beslissingen afhoudt in de komende Oerol-afkick-periode. Het headerbeeld van de dag is een foto van collectief Walden. Zij staan net als vorig jaar op het festival met NAU 0000/1000, de nulmeting (vandaag nog te zien bij Strandpaal 18), een voorstelling waarin het collectief werkt aan het maken van een nieuw ritueel voor de eeuwigheid. Ook mooi om te zien hoe de makers zich jarenlang aan Oerol committeren, continuïteit en een vaste relatie zijn ook een vorm van toekomstbestendigheid.

 

Voor nu: vaarwel, trouwe lezer! Houd ons in gedachten, lees ons bij nostalgie nog eens terug. Neem ons mee in het koffertje, en ook in het vooruitzicht!

Een warme omhelzing, tot volgend jaar (de vroege vogels voor 2024 klikken alvast hier), en tussendoor in onze gedeelde herinnering,

 

De Dagkrantredactie